Headerafbeelding

Scout Floris in Je Zal Het Maar Hebben

De 23-jarige Floris van Scouting de Zwervers uit Veenendaal zie je op 6 maart 2024 in het BNN-VARA programma ‘Je Zal Het Maar Hebben’! Hij heeft het moebiussyndroom. Als je dit syndroom hebt, is je 7e hersenzenuw niet goed aangelegd, waardoor je je gezichtspieren niet of nauwelijks kan bewegen. Maar dat zit Floris totaal niet in de weg om roverscout en welpenleiding te zijn.

Hij vertelt: “Sinds mijn zevende zit ik op Scouting. Ik heb een deel van mijn persoonlijke ontwikkeling te danken aan Scouting. Van een (redelijk) kwetsbaar, verlegen bevertje zonder veel sociale contacten ben ik opgebloeid tot wie ik nu ben, een sociaal, betrouwbaar staflid dat stevig in zijn schoenen staat en weet wat hij kan en wil. Scouting brengt me vandaag de dag vooral veel plezier en ontspanning, Ook leer ik er veel, op het gebied van leidinggeven en organiseren heb ik mezelf in de afgelopen vier jaar flink ontwikkeld. Op Scouting kan ik ook mijn creativiteit gebruiken, van het bedenken van een toffe opkomst, tot het ontwerpen van de huisstijl van ons laatste groepskamp.”

Het syndroom

Even terug naar Je Zal het Maar Hebben, hoe uit het syndroom van Moebuis zich bij jou? “Moebuis zorg er bij mij voor dat ik mijn mond niet kan sluiten, niet zichtbaar kan lachen, niet kan fronsen en mijn ogen niet van links naar rechts bewegen. Verder ben ik geboren met twee vingers die aan elkaar vastzaten. Die zijn op jonge leeftijd door een plastisch chirurg van elkaar gescheiden. En heb ik speciale schoenen, omdat de vorm van mijn voeten iets afwijkt. Naast dit syndroom ben ik ook nog slechtziend. Ik zie ongeveer 40%. Dat is voor een slechtziende eigenlijk nog best veel. Toch levert ook dit de nodige beperkingen op. Zo kan ik geen rijbewijs halen omdat ik moeite heb met diepte zien en lees ik in bepaalde situaties langzamer dan een gemiddeld persoon.”

Positieve invloed

Je bent al een paar jaar welpenleiding, hoe ervaar je dat in combinatie met je beperking? “Mijn beperking heeft in mijn ervaring weinig invloed op hoe ik leiding geef. Jeugdleden kunnen minder van mijn gezicht aflezen, maar dit weet ik over het algemeen prima te compenseren in woorden en lichaamstaal. Verder kan ik eigenlijk alle dingen doen zoals mijn medeleiding die ook doet. Ik ervaar dan ook weinig beperkingen tijdens het leidinggeven. Ook bij mijn roverscoutsstam ervaar ik dat zo. Ik vind dat de positieve invloed er in zit dat jeugdleden zien dat ook iemand die er anders uitziet, Scoutingleiding kan zijn, en net als iedereen meedraait in de groep. Wanneer iets toch niet lukt, dan vraag ik daar hulp bij, van zowel mijn medeleiding als de welpen. Dat is iets dat ze hopelijk meenemen in hoe ze buiten Scouting omgaan met mensen die een beperking hebben!”

Hij hoopt dat zijn welpen net zoveel plezier beleven op Scouting als dat hij als welp deed. “Ik hoop dat ze veel leren over zichzelf, anderen en de natuur. Dat ze uitdagingen leren aangaan en zichzelf soms overtreffen. En stiekem hoop ik natuurlijk dat ze later ook leiding gaan geven. Ik ben enorm blij dat ik bij deze club mezelf kan zijn, en dat ik geaccepteerd wordt zoals ik ben!”, zegt Floris trots.

Tips voor jouw groep

De belangrijkste tip die Floris mee wil geven aan andere scouts met een beperking en hun medeleiding: zoek met elkaar naar de beste manier voor diegene om optimaal deel te nemen aan Scouting, op een manier die past bij iemand zijn mogelijkheden en capaciteiten. Op die manier is er voor iedereen wel een plekje te vinden binnen Scouting. Daar is Floris helemaal van overtuigd!

Heb jij of heeft jouw groep/regio/team een bijzonder Scoutingverhaal waar je trots op bent? Laat het weten via communicatie@scouting.nl en misschien lees je jouw/jullie verhaal terug op scouting.nl/updates.